woensdag 21 april 2010

21 april 2010


Ik zie je vallen en ik vraag me af waarom
Jij zo geweldig mooi gekleurd bent, komt dat dan door de zon?
Op een dag is het dan eindelijk zover
Je vrienden dwalen met je mee zo her en der

Je dwarrelt langzaam lekker naar benee
Die reis waartegen je zo op zag valt eigenlijk wel mee,
Het avontuur wacht daar met smacht op jou
Dat blijft daar netjes en geduldig, zo trouw

Want ik zag jou vallen
Ja ik zag jou vallen

Je bent het blaadje van de overkant
Maar er gebeuren eenmaal dingen die heb je zelf niet in de hand
Je bent het blaadje van de overkant
En stiekem vind ik het niet erg dat jij niet meer zo hoog hangt

Ik stap uit de deur en loop richting mijn fiets
Ik kijk nog vluchtig in het rond maar ik zie helemaal niets
Waar is mijn blaadje , is hij soms weg gewaaid?
Is dat per ongeluk gebeurd, is hij van mij weg gedraaid?

Ik zie hem niet liggen
Nee ik zie hem niet liggen

Je bent het blaadje van de overkant
Maar er gebeuren eenmaal dingen die heb je zelf niet in de hand
Je bent het blaadje van de overkant
En stiekem vind ik het niet erg dat jij niet meer zo hoog hangt

In een oogwenk schrik ik op, ja ik zie hem
Met de snelheid van mijn benen lijkt het haast wel of ik ren
Plots zie ik daar een hele grote schoen
Die de aanwezig van jou, ineens te niet laat doen

Daar lig je in stukjes
Ja daar lig je in stukjes

Je was het blaadje van de overkant
Maar er gebeuren eenmaal dingen die heb ook ik niet in de hand
Je was het blaadje van de overkant
En stiekem vind ik het niet erg, want jij was toch niet zo charmant.

donderdag 8 april 2010

8 April 2010

Terugdenken en gravend in mijn herinneringen zoek ik het moment op waarop ik besloot naar deze kunstacademie te komen. Mijn verhaal zal misschien niet zo verlopen als die van een ander die hier op school zit. Veelal wisten van kleins af aan al dat ze naar de academie wilden. Waren altijd al bezig met tekenen, schilderen of kleine dingetjes maken. Hadden ouders die al iets met kunst te maken hadden, creatief waren of hun kind stimuleerde om te knutselen. Mijn ouders waren absoluut niet zo, evenmin mijn zussen. Met een accountant als vader en een moeder die altijd thuis was, was van creativiteit weinig spraken. Een zus, van die vier die ik heb, was ooit sporadisch bezig met het natekenen van Disney figuren van een video cassette doos. Na vele pogingen het na te doen bleek mijn talent voor tekenen allerminst aanwezig te zijn.
Het nieuwe fenomeen kwam op de markt: 3D kaarten maken. Wij thuis spaarden vanaf dat moment heel fanatiek theezakjes van de Pickwick. Alle soorten waren welkom, want ik was van plan een enorme hoeveelheid 3Dkaarten te maken. Alle materialen had mijn moeder intussen gekocht. Een klein schaartje, een blok papier, van die dikke dubbelzijdige tape en natuurlijk de niet te missen gouden en zilveren plakletters met de teksten “Hartelijk Gefeliciteerd” en “Proficiat”. Die kon ik er dan nog bij plakken, om de boel een beetje recht te trekken, denk ik. Zo enthousiast dat ik was pakte ik op een dag dat ik een zaterdagmiddag een creatieve bui had de plastic zak met Pickwick zakjes en alle bijbehorende attributen, ging aan de keukentafel zitten en begon dezelfde zakjes bij elkaar te zoeken, wat aardig goed lukte. Ik pakte mijn kleine schaartje en knipte alle kleine bloemetjes en “fruitjes”uit, inclusief de letters Pickwick die ik daarna toch weer weggooide. Hoe vredelievend dit lijkt, deze momenten werden al snel verstoord door mijn vader die maar bleef herhalen alsof ik hem na twintig keer nog niet verstaan had: “Niet al die rommel op de grond hè, die kleine prulletjes ruim je dadelijk allemaal zelf op!” gevolgd door mijn moeder: “Knip niet in het tafelkleed, let op met de tape voordat dadelijk het hele tafelzeil onder zit!” Na twee zaterdagmiddagen kaarten maken hield ik het dus alweer voor gezien, bang mijn ouders boos te maken.
Dat brengt mij weer terug bij het nu. Ook nu probeer ik natuurlijk nog steeds mijn ouders tevreden te stellen met wat ik doe. Ik weet dat zij het niet een geweldige keuze vonden om naar een academie te gaan, maar gelukkig hebben ze me uiteindelijk wel de kans gegeven die stap te nemen. Daardoor wil ik hen graag tevreden stellen met wat ik doe en wat ik maak. Wanneer ik hen twee zover krijg dat ze mijn werk begrijpen en het in hun termen “mooi” vinden, ben ik al aardig in mijn missie geslaagd. Hopelijk kan ik ze op een dag dezelfde mooie dingen van kunst laten zien en laten beleven die ik ineens zag toen ik met Daan om ging. Hij is degene geweest die mij liet inzien dat kunst iets leuks was en waar je veel mee kan. Zijn moeder was kunstenares, zijn tante was kunstenares, zijn oom maakte muziek en doordat ik mijn zomerse dagen met hun hele familie in de enorme villa met zwembad in de achtertuin doorbracht, zag ik wat voor mooi leven het vrije kunstenaars leven met zich mee kon brengen. Dat wilde ik ook. Genieten van elke dag, niet druk maken om tijd, niet druk maken om geld. Gewoon doen waar je zelf zin in hebt. Aangezien ik uit een gezin kwam waar alles een reden moet hebben of ergens toe moet leiden, duurde het voor mij wel even voordat ik me over kon geven aan de creatieve kant van mij, om die de loop te laten. Ik begon wel, met hulp van Daan, en vals spelend door zijn prachtige tekenwerk in te leveren, steeds meer geïnteresseerd te raken in het creatief bezig zijn. Niet met het tekenen of schilderen van dingen, ik was meer bezig met het uitzoeken, teksten en puzzelen hoe ik bepaalde dingen voor elkaar kon krijgen. Ik koos er op dat moment, op 17 jarige leeftijd voor,  om dat onderzoekende te willen toepassen in het beroep wat valt onder de chique naam: forensisch analist. Kortweg genoemd laborant gericht op het gebied van strafbare feiten. Absoluut overtuigd van mijn keuze schreef ik mij in voor een meeloopdag die de hoge scholen zo mooi organiseren om de jonge middelbare scholieren een kijkje te laten nemen in hun spreekwoordelijke keuken. Tijdens die dag kregen wij een opdracht die je moest oplossen. Ze hadden er op die school duidelijk werk van gemaakt. We kregen een compleet verhaal waarin een verdacht wit gevonden poedertje de hoofdrol speelde. Aan ons taak het stofje te onderzoeken en te constateren welke stof het zou zijn. In mijn enorme witte labjas en een gigantische veiligheidsbril moest ik met pipet stokje kleine hoeveelheden spul in dingetjes spuiten. Na 5 minuten kwam de frustratie, verloor ik mijn geduld en wilde ik die witte jas het liefst verbranden en op de bril springen totdat het getransformeerd zou zijn in 20 miljoen kleine plastic stukjes. Op dat moment besefte ik dat dit niet mijn beroep zou worden.
Maar wat moest ik dan? Hetgeen wat ik kon, maar altijd als hobby wilde zien, was mijn creatieve kant. Muziek, hoe graag ik daar nu ook mee bezig ben en hoe groot mijn liefde daar nog steeds voor is, was toen der tijd geen optie voor mij. Ik wilde zekerheid, iets gemakkelijks doen en besloot naar het SintLucas te gaan. Een MBO-niveau opleiding, lekker makkelijk dus als je op VWO niveau denkt en HAVO uit gemak hebt afgerond, geen tentamens, alleen maar met je handen en op de computer bezig zijn. Dat plaatje zag ik volkomen zitten. Daar meldde ik mij op het laatste moment aan en ik werd tot mijn eigen verbazing aangenomen. Ik kwam daar in het eerste jaar en ik zag dat alle mensen om mij heen echt ontzettend creatief waren en dat liet mij extra hard werken om de beste van de klas te zijn. Ik ontdekte mijn talent en mijn geweldige liefde voor fotografie. Niet begrijpend wat ik nou deed was ik erg blij met mijn goede beoordelingen. Ik hoefde vrijwel niets uit te voeren om goede resultaten te behalen en dat hadden mijn leraren ook in de gaten. Alle vlakjes op mijn “rapporten” waren groen gekleurd, als zijnde van behaald, en ik kreeg tijdens  een gesprek met mijn fotografie leraar het advies toelating te gaan doen op een academie. Mijn interesse ging natuurlijk meteen naar het Rietveld in Amsterdam. Studeren in de hoofdstad van Nederland leek mij geweldig. Ik had het al geregeld, ik kon bij mijn oom intrekken in zijn studio en zou op die manier thuis het dorp verlaten waar ik al die jaren zo’n hekel aan had gehad. Maar niet alleen die academie kreeg mijn aanmeldingsformulier. Mijn fotografie leraar vond het St. Joost ook een goede optie voor mij, maar ik was het niet met hem eens. Deze school kende niemand, ik zelf ook niet en had dus compleet geen grote naam in de kunstwereld. Zonder naar een open dag te zijn gegaan had ik een formulier ingevuld, pasfoto bijgesloten en opgestuurd. Een week na de toelating op het Rietveld mocht ik toelating doen in Breda op het St. Joost. Ik wist intussen wel dat het Rietveld niet meer mijn voorkeur had, en tijdens de toelating in Breda kreeg ik te horen dat ik aangenomen werd. Toen een week later de brief kwam met de definitieve toezegging en de brief met de afwijzing van het Rietveld, was ik zeer opgelucht dat iemand anders voor mij al de keuze, beperking had opgelegd voor een bepaalde academie. Ik hoefde me niet druk te maken over het feit of ik wel de juiste keuze maakte of niet. Het enige wat ik kon doen was recht vooruit varen en me laten verassen door alle obstakels die mijn pad zouden gaan kruisen. 

dinsdag 23 februari 2010

23 februari 2010

Draai naar links,
                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar rechts,
Draai naar links,
Ogen open en weer dicht...


                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar rechts,
Draai weer naar links...



maandag 22 februari 2010

22 februari 2010

Eeuwig blijven twijfelen.
Denken in complot theorieën.
Overal een vraagteken bij plaatsen.

Niet meer wetend of je eigen
woorden nou werkelijkheid
zijn of juist het grootste leugen.
Ieder antwoord word weerlegd.
Woorden verdraaid en tegen je gekeerd.
Problemen die niet van mij zijn
worden zo aan mij gekoppeld.

zondag 21 februari 2010

21 februari 2010

Als een eeuwigheid voelt het dat ik wat geschreven heb. Kijkend naar de laatste datum uit mijn boekje blijkt het niet alleen een gevoel te zijn. Schuldig voel ik me, dat ik laat liggen wat ik kan. De waarheid is dat ik het niet nodig vind om te schrijven wanneer ik me lekker voel. Ik heb even het gevoel mogen ervaren van tevredenheid. Tevredenheid met mezelf en alles wat ik doe. Ik heb even blij mogen zijn met hetgeen wat ik gevonden had. Het moment mee gemaakt dat ik gewoonweg niet kon huilen als een hysterisch kind tijdens een tranen trekkend liedje, hoe hard ik ook mijn best deed. In plaats daarvan lag ik met een glimlach op de bank onder een kussen, de vrolijke glinstering in mijn ogen verbergend. Natuurlijk duurt zoiets niet een eeuwigheid. Blij daarom, anders had het leven totaal geen uitdaging meer. In die weken had ik geen zin om mijn gedachten op te schrijven. Ik wilde niet geconfronteerd worden met negatieve dingen nu ik in zo'n positieve sfeer verkeerde. Zodra het dan weer minder gaat grijp ik weer terug naar hetgeen waar ik in vertrouw. Mijn woorden die precies kunnen uitdrukken wat er in mij om gaat.

Als een drugs vergrijp ik me keer op keer aan dezelfde dingen. Als een vierkant gaat het rond. Het komt altijd op hetzelfde punt weer terug vanwaar het weer vertrekt, maar onderweg komt het aardig wat scherpe hoeken tegen. Die hoeken, daar draait het om. "Dan weet je weer waar je het voor doet", waren de woorden die me meegegeven werden. De heftige bochten die ik moet nemen zorgen ervoor dat het hele proces even vertraagd word, ik tijd krijg om na te denken en na het obstakel weer rustig in een rechte lijn vooruit kan.

zaterdag 20 februari 2010

20 februari 2010

Kort gesprek zonder enige inhoud.
Alleen de vraag "kom je ook?"
Toch daar maar op staan te wachten.
Wachten op het moment dat mijn
gedachten werkelijkheid gaan
worden. Wel enige onzekerheid.
Dit met name door vijandigheid van
een ander. Daar me door laten leiden
of mijn eigen gangetje gaan?
Gekozen voor het laatste. Mee gaand
in het moment word ik mee gesleept.
Mijn gevoel en lust leid mij. Ikzelf
heb er geen controle meer over.
Genieten is wat ik ervan doe.

vrijdag 19 februari 2010

19 februari 2010



              Ik word verrast door wat ik 
                                       hoor
                                    voel
                                 zie
                              ruik
                                proef
                                     wil
                                        zeg                    
                  Jij verrast me met wat  je 
                                        zegt
                                     wilt
                                proeft
                             ruikt
                                ziet
                                     voelt
                                         hoort

zaterdag 2 januari 2010

2 januari 2010

Nog terug dekend aan gister zet ik alles
nogmaals op een rijtje. Mijn binnenkomst,
het moment dat ze me terug stuurde voor
de gebruikelijke drie zoenen, de vraag die
me gesteld werd je gezelschap te houden,
de koude uren dat ik aan je zijde heb gestaan
terwijl tientallen mensen ons passeerde, de
vele en de weinige woorden die we hebben
gesproken, de blikken die we hebben gedeeld,
de gedachten die door mijn hoofd vlogen, de
vragen die ik je niet durfde te stellen en de fijne
dingen die je over me zei tegen anderen.

Maar het meest genoten had ik nog van de
volgende morgen. Jou wakker kunnen maken,
thee en ontbijt van je krijgen, lachen om een
saaie film, de bedankjes die je me maakte toen
ik ging met de knuffel als afsluiter.

vrijdag 1 januari 2010

1 januari 2010

Daar lig ik dan alleen. In een groot, vreemd bed. De lakens
herken ik niet, het plafon heeft rare lijnen en de muren
een andere kleur dan ik gewend ben. Toch wil ik
proberen te wennen aan deze ruimte. Ik steek mijn neus
in de kussens, zoek je hele dekbed af naar je geur. Maar
hoe ruik je eigenlijk? Ik weet het niet, zo dicht bij heb ik
nog niet mogen komen. Het me afvragen doe ik wel en
in mijn gedachte weet ik dan ook goed wat je geur is.
Stiekem, in de hoop het toch te weten te kunnen komen,
klim ik uit het enorme bed en sluip op mijn blote voeten
over je vloerbedekking heen. Voor ieder kastje stoppen
ze en neemt mijn neus de zoektocht over.

donderdag 10 december 2009

10 december 2009

Schrijven is waar ik van houd, het liefst met pen op papier,
heen en weer zwieren totdat de lussen en de bollen vanzelf
letters vormen. Samen dansen ze als paren in lijnen die ik
voor ze bepaal. Ik kies wie er bij elkaar komen te staan,
ik kies de volgorde waarin. Ze blijven komen, in steeds
meer getale. Ik probeer ze allemaal zo snel mogelijk te
rangschikken. Eerst in mijn hoofd, via heftige bewegingen
van mijn hand komt het vervolgens terecht op papier.
Het magische is dat deze plaatjes, afbeeldingen,
tekeningen kunnen laten zien wat ik met gesproken
woord niet voor elkaar krijg. Magisch is dat woorden
er zo mooi uit kunnen zien, magisch is dat de tekst
verdwijnt zodra je er met geknepen ogen naar kijkt.

woensdag 9 december 2009

9 december 2009

Denk je een groot zwart vlak te hebben,
ontdek je plotseling dat het niet klopt.
Het zwarte vlak word verstoord
door een klein, miezerig, irritant,
lelijk, storend wit stipje. Heel klein,
bijna nihil om me druk over te maken.
Maar toch blijft het me bezig houden
en blijf het me maar storen. Als een
zeurende pijn blijft het in mijn lichaam
steken, zorgt het voor rillingen en
verhitte vlagen van onrust. Ik moet er
aan toegeven, er iets aan doen. Het witte
stipje moet ik zo snel mogelijk weg
vegen. De zwarte stift pakken, de zwarte
verf op mijn kwast aanbrengen en het
met een snelle beweging oplossen. Daarna
zit er niets anders op dan te wachten tot het
gedroogd is. Langzaam tikken de seconden
voorbij en kijk ik lijdzaam toe of ik het
bedoelde resultaat bereikt heb.

dinsdag 8 december 2009

8 december 2009

Rustig stond ik te staan
Ik vermeng me kort, echt maar heel even
Meteen zitten er drie beestjes op mijn huid
Knibbelend en knabbelend zuigen ze me uit
Proberen er uit te duwen wat in me zit
Er wat anders in te stampen met alle kracht die ze hebben
Op alle mogelijke manieren doen zij dat
Door woord, toon, blik en houding

maandag 7 december 2009

7 december 2009

Niet begrijpend waarom
reageer ik toch maar weer
mijn hoofd kan het vandaag
toch al niet bijhouden
het draait links-om, rechts-om, links-om
steeds harder tolt het rond
totdat ik helemaal gedesoriënteerd
voor me uit staar

Mijn ogen blijven draaien
ik kan er maar geen grip op krijgen
helder en recht vooruit
kunnen ze niet kijken
of willen ze het niet?

zondag 6 december 2009

6 december 2009

Daar lig je dan.
Hulpeloos te liggen,
niet wetend wat je met de gehele situatie aan moet.

Chaos.
Geschreeuw en gekrijs,
je ademt hevig in en uit om jezelf rustig te houden.

Vasthouden.
Die hand vasthouden,
dat is het enige wat je op dit moment graag wilt doen.

zaterdag 5 december 2009

5 december 2009

"Eerlijk zullen we alles delen"
Waarom jij dan een beetje meer dan wij?

"Wees maar gerust mijn kind"
Daar hou ik me dan maar vast.

"Wie zoet is krijgt lekkers"
Ik wil wel zien of het waar is.

vrijdag 4 december 2009

4 december 2009

In een klein stroompje
Glimmend als een spiegel
Een derde oog kijkt
Op deze manier naar de wereld.

Omgekeerd is het beeld
Waar ik naar staar
Waardoor ik het nog minder begrijp
En stiekem zoek naar een punt wat ik herken.


donderdag 3 december 2009

3 december 2009

Je wilt er net zo een als hem. Iemand die voor de volle 1000% voor je gaat. Dat je weet dat je onvoorwaardelijk veel van elkaar houd dat het niet uit maakt dat je het leven niet samen leid. Beide doe je volledig de dingen zonder elkaar, maar je weet dat het toch wel goed zit.
Iemand die zoveel moeite voor je doet. Je alsmaar voor je probeert te winnen en keer op keer tegen je zegt dat je het enige bent wat hij wil in zijn leven. Ondanks dat hij zijn eigen leven leid, daar ver in gaat en alles eruit haalt wat erin zit, zal hij uiteindelijk toch weer bij je terug komen. Dit omdat hij weet dat hij van je houd en jij weet dat net zo goed.
Intussen leid ook jij je eigen leven. Je probeert alles goed bij elkaar te houden. Maar steeds wanneer je hem ziet weet je dat je van en ander leven droomt dan dat je nu hebt. Dromen is wat je erover moet blijven doen. Er niet aan toe geven, je moet er alleen naar blijven verlangen.

woensdag 2 december 2009

2 december 2009

Wervelwind waait door mijn huis
Van links naar rechts raas je rond
Ik weet niet hoe snel ik moet vluchten
Om maar te ontkomen aan je woede


Waar je vandaan komt
Al sla je me dood, ik heb geen idee
Plots was je daar en verraste je me
Ik had je nog nooit gezien of ervaren


Dus ik ren heel snel weg van je
En verschuil me waar jij zeker niet komt
Daar kruip ik diep weg en hoop
Dat ik wakker word wanneer je weg bent

dinsdag 1 december 2009

1 december 2009

Exploderen
Dat is wat je bijna gaat doen
Hoe ik ook draai of keer
Het maakt geen enkel verschil

Het bonzen word niet minder
Alleen maar erger bij iedere draai
Ogen dicht, ogen open
Ik weet het niet goed meer

Ik word gek van het denken
Wat het bonzen niet echt tegen werkt
Maar het zijn niet de gedachten die me dit aandoen
Dit keer is het simpelweg een virus

zondag 8 november 2009

8 november 2009


De bom ontploft en woorden vliegen als brokstukken door de lucht.
Rake klappen vormen zij in je gezicht en bloeden doe je in je ziel.
Alsof je met een mes wordt gestoken, zo doorboort voelt je hart zich.
Tranen snijden als scherpe stukjes glas over je verhitte wangen.
Schuurpapier is er langs je stembanden gegleden waardoor je ernstig
naar water snakt. Gespannen spieren doen je verkrampen als in de
vries kou, alleen zit je nu in een kokend lichaam.

zondag 27 september 2009

27 september 2009

Boos en vol onbegrip schreeuw 
ik het uit. Zielige huil-muziek 
laat mijn tranen nog harder stromen.


“They say that sometime, you’ve got 
to pick up arms and fight, for 
what you beviele is right.”


Dat is wat ik doe, op wil ver- 
trouwen. Ik ga erin mee, maar 
tevergeefs.


“Well some say, that’s just not 
the way. You’ll only make things 
worse.”

zaterdag 26 september 2009

26 september 2009

Wat jij met andere vrouwen doet 
Ik vind het niet erg


Wat ik met andere mannen doe 
Jij vindt het niet erg


Wat wij met elkaar doen 
Ik vind het niet erg 
Jij vindt het niet erg


Wat ik voor jou voel 
Jij vindt het niet erg


Wat jij niet voor mij voelt 
Mijn hoofd vind het niet erg

vrijdag 25 september 2009

25 september 2009

Ik zie je daar zitten en vind je al vervelend. Je hebt nog geen woord gezegd, maar ik 
weet hoe dat klinkt uit jouw mond. Dat irritante en indringende geluid wat zij jouw 
stem noemen vind ik ronduit walgelijk. Alleen een flinke hoeveelheid drank kan 
ervoor zorgen dat ik het kan verdragen.


Terug naar je hoofd, waar ik liever niet naar kijk of aan denk. De blik in je ogen 
vraagt haast om een marteling. Een marteling als uitdaging om te willen ontdek- 
ken of ik die blik intenser kan maken. Dit met de bedoeling je blik zo ver te laten 
gaan dat het me bijna smeekt om uiteindelijk een kogel door je kop heen te jagen.

donderdag 24 september 2009

24 september 2009

Nummer vier 
Hierna op de helft 
Geen experimenten meer 
Terug naat het vorige 
Pijn die omschreven werd 
Word nu gevoeld 
Pijn die je niet ervaarde 
Kun je nu duidelijk bevestigen

woensdag 23 september 2009

23 september 2009

Ik doe de gordijnen 
opzij en stap erin. Dat 
gevoel is zowaar niet te 
omschrijven. De lakens, zo 
zacht. Ze strelen mijn 
voeten als of het tere 
blaadjes zijn. Zachtjes 
glijd het eroverheen. Ook 
de rest van mijn lichaam 
laat ik ermee bedekken. 
Verscholen achter doek en 
ondereen laken is er 
niemand die bij mij kan komen.

dinsdag 22 september 2009

22 september 2009

Rustig 
In het donker wiegt de trein 
Rustig heen en weer 
Het is er stil 
Enkel het geluid van de wielen 
Glijden over het spoor 
Alleen dat roept me weg uit mijn gedachten


Zwart 
Is alles wat ik nu zie 
Kijkend uit het raam 
Klein lichtgevend stipje 
Geeft vulling aan het zwarte vlak 
Het laat me afvragen waar ik ben


Nieuw lichtje 
Flitst voorbij 
Ik kijk opnieuw en goed 
De nacht in 
Niets 
Absoluut niets kan ik zien 
Alleen de tijd kan me een indicatie geven 
Van waar ik misschien zou kunnen zijn

maandag 21 september 2009

21 september 2009

Dit jaar is het even anders. Geen familie, geen slingers. De taart hoefde van jou ook 
niet zo nodig. Er is immers niets te vieren. 
Een hand en drie zoenen horen erbij natuurlijk, daar kom je niet onderuit. Eigen- 
lijk hoort het jouw dag te zijn, en zou je bij het uitblazen van de kaarsjes alles 
mogen wensen wat je maar zou willen. Alles kan vandaag, het is jouw dag. Maar ik 
weet al wat jij zou wensen. Dat weten we allemaal. Jij zou nu niet aan jezelf denken, 
maar dat doe ik wel voor je. Drie hoera’tjes voor jou!

zondag 20 september 2009

20 september 2009

Soms is het angstaanjagend 
Je manier van doen 
Je manier van praten 
Als twee druppels water


Ik kan precies voorspellen wat je gaat doen 
Hoe je gaat reageren 
Als een kopie lijkt het soms wel


Benauwend gevoel 
Ik weet namelijk wat er komen gaat 
Hoe de dingen gaan verlopen 
Hoe je jezelf zult gaan voelen


Ik herken de punten waarop het bij mij mis ging 
Probeer mijn eigen fouten te voorkomen bij jou 
Wil bij jou goed doen wat ik zelf zo verkeerd deed 
Het verleden kan ik niet meer veranderen
Wel wat er nog komen gaat.

zaterdag 19 september 2009

19 september 2009

Wachten is het enige wat ik kan doen. Ik sta in de rij. op een lopende band die maar 
stil blijft staan, en waarop iedereen geduldig staat te wachten tot het weer verder 
rolt. Een andere makkelijke weg kennen ze niet, en blijven liever wachten dan dat 
ze verder zoeken naar een andere oplossing. Wachten is iets wat ik niet kan. Ik wil 
altijd door, ondanks dat het misschien lastig word. Ik kan niet gezamenlijk met een 
hele groep ensen netjes in de rij wachten. Ik word dan ongeduldig, wil weten wat er 
is en hoelang het gaat duren. Ik sta liever in de rij met een bonnetje in mijn hand. 
Dan weet ik waar ik aan toe ben. Ook dan moet ik wachten, maar kan ik intussen 
wel verder en later terug komen om te kijken hoe het ervoor staat. Ik sta dan niet 
vast in een rij, maar loop hoopvol rond met vijf bonnetjes in mijn hand.

vrijdag 18 september 2009

18 september 2009

Verlegen en zenuwachtig zoek ik om me heen. 
Overal sta ik binnen, overal kijk ik rond, overal even naar de wc. Zo moet ik door 
de mensen massa heen en kan ik daar tussen kijken. 
Niets 
Vreemd 
Ik vervolg mijn zoektocht. Op straat blijft mijn hoofd rond draaien en mijn ogen 
heen en weer bewegen, op zoek naar een herkenningspunt. 
De zenuwen worden heviger 
Mijn buik kriebelt 
Handen trillen 
Klam en gespannen 
Zoekend naar een goede oplossing over hoe ik een einde kan maken aan de rond 
tollende gedachten in mijn hoofd, is een volgende zoektocht. Het een is nog niet 
gevonden of het volgende dient zich aan. Waarom worden er bij aanvang voor de 
start van deze zoektochten geen kaarten of routebeschrijvingen uitgedeeld?

donderdag 17 september 2009

17 september 2009

Een flits door mijn hoofd 
Een herkenbaar gezicht 
Niet vrijwillig


Een beeld wat ik uit mijn gedachten verdrongen had 
Een verschijning die ik niet meer tegen wilde komen 
Opeens Hier
Op mijn terrein


Wat doet ze hier? 
Hoe krijg ik haar weg? 
Hoe bescherm ik mijn plek?


Misschien moet ik het juist toelaten. De stoute schoenen aantrekken en haar 
aanspreken. Haar laten zien hoe goed ik het heb op mijn terrein. 
Neerkijkend op haar vragen wat zij hier doet. Puur uit belangstelling, met een 
glimlach. Als ik haar laat zien wie hier de baas is, trekt ze vanzelf terug.


Met die gedachte en overtuiging probeer ik mijn hersenen aan te sturen om stap- 
pen in haar richting te zetten. Zodra ik die knop heb omgezet is het verstand op O 
en recht op mijn doel af. “Goh, dat is lang geleden! Wat doe jij nou hier?”

woensdag 16 september 2009

16 september 2009

Mijn vingers op de juiste plek 
De smaak in mijn mond 
De vorm van mijn tanden in mijn onderlip
                      Dit heb ik jaren moeten missen.


Jaren terug had ik dat gevoel iedere week, nam het voor lief, vond het heel nor- 
maal, onderschatte mijn talent.


Zodra ik het in mijn handen heb, er een eerste poging op doe, voelt het een beetje 
eng. Het is vreemd iets van vroeger toe te laten in mijn leven van nu. Na de eerste 
klanken komen de kriebels voor meer.

dinsdag 15 september 2009

15 september 2009

Kijkend naar het beeld komt het gevoel naar boven. 
Een snelle,
                  korte handeling maakt me bewust van wat ik zo graag wil. Datzelfde
gevoel wil ik,
                  Datzelfde moment mee maken. 
Zal het biologisch zijn? Waar komt het vandaan? Ik heb het nog nooit fijn gevon- 
den. Nooit als leuk ervaren. Waarom er dan zo naar verlangen? Naar iets wat ik in 
mijn hoofd helemaal niet wil.


Zal het zoiets zijn als een koude duik op een warme zomer dag? Je lichaam zend 
signalen uit dat het verhit is, verkoeling wil. Lichamelijke symptomen als vochtige 
plekken op je rug,
          hoofd, 
          armen, 
          benen willen je duidelijk maken om te luisteren naar je verlangens. Je verlan-
gen dwingt je te kijken naar de oplossing, maar je hoofd roept je al snel terug door te 
zeggen dat je er spijt van zult krijgen.

maandag 14 september 2009

14 september 2009

2l:OO uur. In haar pyajam komt ze naar beneden. Naar de kamer waar ik zit. Ze 
kijkt me aan en ik zie haar tranen komen. Huilend heb ik haar in mijn armen en 
hoor haar zeggen dat ze het niet meer volhoud.


Naar boven, naar beneden, naar boven... 
Haar tas is al bijna gepakt voor haar. Iedere keer gaat het sneller, weten we precie- 
zer wat er mee moet.


Na vier uur wachten weten we eindelijk meer. Het bed gaat naar boven, spullen in 
de kast met de tas erbij. Ook dit begint als routine te voelen. Andere kamer, andere 
mensen, ander uitzicht.