woensdag 21 april 2010

21 april 2010


Ik zie je vallen en ik vraag me af waarom
Jij zo geweldig mooi gekleurd bent, komt dat dan door de zon?
Op een dag is het dan eindelijk zover
Je vrienden dwalen met je mee zo her en der

Je dwarrelt langzaam lekker naar benee
Die reis waartegen je zo op zag valt eigenlijk wel mee,
Het avontuur wacht daar met smacht op jou
Dat blijft daar netjes en geduldig, zo trouw

Want ik zag jou vallen
Ja ik zag jou vallen

Je bent het blaadje van de overkant
Maar er gebeuren eenmaal dingen die heb je zelf niet in de hand
Je bent het blaadje van de overkant
En stiekem vind ik het niet erg dat jij niet meer zo hoog hangt

Ik stap uit de deur en loop richting mijn fiets
Ik kijk nog vluchtig in het rond maar ik zie helemaal niets
Waar is mijn blaadje , is hij soms weg gewaaid?
Is dat per ongeluk gebeurd, is hij van mij weg gedraaid?

Ik zie hem niet liggen
Nee ik zie hem niet liggen

Je bent het blaadje van de overkant
Maar er gebeuren eenmaal dingen die heb je zelf niet in de hand
Je bent het blaadje van de overkant
En stiekem vind ik het niet erg dat jij niet meer zo hoog hangt

In een oogwenk schrik ik op, ja ik zie hem
Met de snelheid van mijn benen lijkt het haast wel of ik ren
Plots zie ik daar een hele grote schoen
Die de aanwezig van jou, ineens te niet laat doen

Daar lig je in stukjes
Ja daar lig je in stukjes

Je was het blaadje van de overkant
Maar er gebeuren eenmaal dingen die heb ook ik niet in de hand
Je was het blaadje van de overkant
En stiekem vind ik het niet erg, want jij was toch niet zo charmant.

donderdag 8 april 2010

8 April 2010

Terugdenken en gravend in mijn herinneringen zoek ik het moment op waarop ik besloot naar deze kunstacademie te komen. Mijn verhaal zal misschien niet zo verlopen als die van een ander die hier op school zit. Veelal wisten van kleins af aan al dat ze naar de academie wilden. Waren altijd al bezig met tekenen, schilderen of kleine dingetjes maken. Hadden ouders die al iets met kunst te maken hadden, creatief waren of hun kind stimuleerde om te knutselen. Mijn ouders waren absoluut niet zo, evenmin mijn zussen. Met een accountant als vader en een moeder die altijd thuis was, was van creativiteit weinig spraken. Een zus, van die vier die ik heb, was ooit sporadisch bezig met het natekenen van Disney figuren van een video cassette doos. Na vele pogingen het na te doen bleek mijn talent voor tekenen allerminst aanwezig te zijn.
Het nieuwe fenomeen kwam op de markt: 3D kaarten maken. Wij thuis spaarden vanaf dat moment heel fanatiek theezakjes van de Pickwick. Alle soorten waren welkom, want ik was van plan een enorme hoeveelheid 3Dkaarten te maken. Alle materialen had mijn moeder intussen gekocht. Een klein schaartje, een blok papier, van die dikke dubbelzijdige tape en natuurlijk de niet te missen gouden en zilveren plakletters met de teksten “Hartelijk Gefeliciteerd” en “Proficiat”. Die kon ik er dan nog bij plakken, om de boel een beetje recht te trekken, denk ik. Zo enthousiast dat ik was pakte ik op een dag dat ik een zaterdagmiddag een creatieve bui had de plastic zak met Pickwick zakjes en alle bijbehorende attributen, ging aan de keukentafel zitten en begon dezelfde zakjes bij elkaar te zoeken, wat aardig goed lukte. Ik pakte mijn kleine schaartje en knipte alle kleine bloemetjes en “fruitjes”uit, inclusief de letters Pickwick die ik daarna toch weer weggooide. Hoe vredelievend dit lijkt, deze momenten werden al snel verstoord door mijn vader die maar bleef herhalen alsof ik hem na twintig keer nog niet verstaan had: “Niet al die rommel op de grond hè, die kleine prulletjes ruim je dadelijk allemaal zelf op!” gevolgd door mijn moeder: “Knip niet in het tafelkleed, let op met de tape voordat dadelijk het hele tafelzeil onder zit!” Na twee zaterdagmiddagen kaarten maken hield ik het dus alweer voor gezien, bang mijn ouders boos te maken.
Dat brengt mij weer terug bij het nu. Ook nu probeer ik natuurlijk nog steeds mijn ouders tevreden te stellen met wat ik doe. Ik weet dat zij het niet een geweldige keuze vonden om naar een academie te gaan, maar gelukkig hebben ze me uiteindelijk wel de kans gegeven die stap te nemen. Daardoor wil ik hen graag tevreden stellen met wat ik doe en wat ik maak. Wanneer ik hen twee zover krijg dat ze mijn werk begrijpen en het in hun termen “mooi” vinden, ben ik al aardig in mijn missie geslaagd. Hopelijk kan ik ze op een dag dezelfde mooie dingen van kunst laten zien en laten beleven die ik ineens zag toen ik met Daan om ging. Hij is degene geweest die mij liet inzien dat kunst iets leuks was en waar je veel mee kan. Zijn moeder was kunstenares, zijn tante was kunstenares, zijn oom maakte muziek en doordat ik mijn zomerse dagen met hun hele familie in de enorme villa met zwembad in de achtertuin doorbracht, zag ik wat voor mooi leven het vrije kunstenaars leven met zich mee kon brengen. Dat wilde ik ook. Genieten van elke dag, niet druk maken om tijd, niet druk maken om geld. Gewoon doen waar je zelf zin in hebt. Aangezien ik uit een gezin kwam waar alles een reden moet hebben of ergens toe moet leiden, duurde het voor mij wel even voordat ik me over kon geven aan de creatieve kant van mij, om die de loop te laten. Ik begon wel, met hulp van Daan, en vals spelend door zijn prachtige tekenwerk in te leveren, steeds meer geïnteresseerd te raken in het creatief bezig zijn. Niet met het tekenen of schilderen van dingen, ik was meer bezig met het uitzoeken, teksten en puzzelen hoe ik bepaalde dingen voor elkaar kon krijgen. Ik koos er op dat moment, op 17 jarige leeftijd voor,  om dat onderzoekende te willen toepassen in het beroep wat valt onder de chique naam: forensisch analist. Kortweg genoemd laborant gericht op het gebied van strafbare feiten. Absoluut overtuigd van mijn keuze schreef ik mij in voor een meeloopdag die de hoge scholen zo mooi organiseren om de jonge middelbare scholieren een kijkje te laten nemen in hun spreekwoordelijke keuken. Tijdens die dag kregen wij een opdracht die je moest oplossen. Ze hadden er op die school duidelijk werk van gemaakt. We kregen een compleet verhaal waarin een verdacht wit gevonden poedertje de hoofdrol speelde. Aan ons taak het stofje te onderzoeken en te constateren welke stof het zou zijn. In mijn enorme witte labjas en een gigantische veiligheidsbril moest ik met pipet stokje kleine hoeveelheden spul in dingetjes spuiten. Na 5 minuten kwam de frustratie, verloor ik mijn geduld en wilde ik die witte jas het liefst verbranden en op de bril springen totdat het getransformeerd zou zijn in 20 miljoen kleine plastic stukjes. Op dat moment besefte ik dat dit niet mijn beroep zou worden.
Maar wat moest ik dan? Hetgeen wat ik kon, maar altijd als hobby wilde zien, was mijn creatieve kant. Muziek, hoe graag ik daar nu ook mee bezig ben en hoe groot mijn liefde daar nog steeds voor is, was toen der tijd geen optie voor mij. Ik wilde zekerheid, iets gemakkelijks doen en besloot naar het SintLucas te gaan. Een MBO-niveau opleiding, lekker makkelijk dus als je op VWO niveau denkt en HAVO uit gemak hebt afgerond, geen tentamens, alleen maar met je handen en op de computer bezig zijn. Dat plaatje zag ik volkomen zitten. Daar meldde ik mij op het laatste moment aan en ik werd tot mijn eigen verbazing aangenomen. Ik kwam daar in het eerste jaar en ik zag dat alle mensen om mij heen echt ontzettend creatief waren en dat liet mij extra hard werken om de beste van de klas te zijn. Ik ontdekte mijn talent en mijn geweldige liefde voor fotografie. Niet begrijpend wat ik nou deed was ik erg blij met mijn goede beoordelingen. Ik hoefde vrijwel niets uit te voeren om goede resultaten te behalen en dat hadden mijn leraren ook in de gaten. Alle vlakjes op mijn “rapporten” waren groen gekleurd, als zijnde van behaald, en ik kreeg tijdens  een gesprek met mijn fotografie leraar het advies toelating te gaan doen op een academie. Mijn interesse ging natuurlijk meteen naar het Rietveld in Amsterdam. Studeren in de hoofdstad van Nederland leek mij geweldig. Ik had het al geregeld, ik kon bij mijn oom intrekken in zijn studio en zou op die manier thuis het dorp verlaten waar ik al die jaren zo’n hekel aan had gehad. Maar niet alleen die academie kreeg mijn aanmeldingsformulier. Mijn fotografie leraar vond het St. Joost ook een goede optie voor mij, maar ik was het niet met hem eens. Deze school kende niemand, ik zelf ook niet en had dus compleet geen grote naam in de kunstwereld. Zonder naar een open dag te zijn gegaan had ik een formulier ingevuld, pasfoto bijgesloten en opgestuurd. Een week na de toelating op het Rietveld mocht ik toelating doen in Breda op het St. Joost. Ik wist intussen wel dat het Rietveld niet meer mijn voorkeur had, en tijdens de toelating in Breda kreeg ik te horen dat ik aangenomen werd. Toen een week later de brief kwam met de definitieve toezegging en de brief met de afwijzing van het Rietveld, was ik zeer opgelucht dat iemand anders voor mij al de keuze, beperking had opgelegd voor een bepaalde academie. Ik hoefde me niet druk te maken over het feit of ik wel de juiste keuze maakte of niet. Het enige wat ik kon doen was recht vooruit varen en me laten verassen door alle obstakels die mijn pad zouden gaan kruisen. 

dinsdag 23 februari 2010

23 februari 2010

Draai naar links,
                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar rechts,
Draai naar links,
Ogen open en weer dicht...


                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar recht,
Draai naar links,
                 Draai naar rechts,
Draai weer naar links...



maandag 22 februari 2010

22 februari 2010

Eeuwig blijven twijfelen.
Denken in complot theorieën.
Overal een vraagteken bij plaatsen.

Niet meer wetend of je eigen
woorden nou werkelijkheid
zijn of juist het grootste leugen.
Ieder antwoord word weerlegd.
Woorden verdraaid en tegen je gekeerd.
Problemen die niet van mij zijn
worden zo aan mij gekoppeld.

zondag 21 februari 2010

21 februari 2010

Als een eeuwigheid voelt het dat ik wat geschreven heb. Kijkend naar de laatste datum uit mijn boekje blijkt het niet alleen een gevoel te zijn. Schuldig voel ik me, dat ik laat liggen wat ik kan. De waarheid is dat ik het niet nodig vind om te schrijven wanneer ik me lekker voel. Ik heb even het gevoel mogen ervaren van tevredenheid. Tevredenheid met mezelf en alles wat ik doe. Ik heb even blij mogen zijn met hetgeen wat ik gevonden had. Het moment mee gemaakt dat ik gewoonweg niet kon huilen als een hysterisch kind tijdens een tranen trekkend liedje, hoe hard ik ook mijn best deed. In plaats daarvan lag ik met een glimlach op de bank onder een kussen, de vrolijke glinstering in mijn ogen verbergend. Natuurlijk duurt zoiets niet een eeuwigheid. Blij daarom, anders had het leven totaal geen uitdaging meer. In die weken had ik geen zin om mijn gedachten op te schrijven. Ik wilde niet geconfronteerd worden met negatieve dingen nu ik in zo'n positieve sfeer verkeerde. Zodra het dan weer minder gaat grijp ik weer terug naar hetgeen waar ik in vertrouw. Mijn woorden die precies kunnen uitdrukken wat er in mij om gaat.

Als een drugs vergrijp ik me keer op keer aan dezelfde dingen. Als een vierkant gaat het rond. Het komt altijd op hetzelfde punt weer terug vanwaar het weer vertrekt, maar onderweg komt het aardig wat scherpe hoeken tegen. Die hoeken, daar draait het om. "Dan weet je weer waar je het voor doet", waren de woorden die me meegegeven werden. De heftige bochten die ik moet nemen zorgen ervoor dat het hele proces even vertraagd word, ik tijd krijg om na te denken en na het obstakel weer rustig in een rechte lijn vooruit kan.

zaterdag 20 februari 2010

20 februari 2010

Kort gesprek zonder enige inhoud.
Alleen de vraag "kom je ook?"
Toch daar maar op staan te wachten.
Wachten op het moment dat mijn
gedachten werkelijkheid gaan
worden. Wel enige onzekerheid.
Dit met name door vijandigheid van
een ander. Daar me door laten leiden
of mijn eigen gangetje gaan?
Gekozen voor het laatste. Mee gaand
in het moment word ik mee gesleept.
Mijn gevoel en lust leid mij. Ikzelf
heb er geen controle meer over.
Genieten is wat ik ervan doe.

vrijdag 19 februari 2010

19 februari 2010



              Ik word verrast door wat ik 
                                       hoor
                                    voel
                                 zie
                              ruik
                                proef
                                     wil
                                        zeg                    
                  Jij verrast me met wat  je 
                                        zegt
                                     wilt
                                proeft
                             ruikt
                                ziet
                                     voelt
                                         hoort

zaterdag 2 januari 2010

2 januari 2010

Nog terug dekend aan gister zet ik alles
nogmaals op een rijtje. Mijn binnenkomst,
het moment dat ze me terug stuurde voor
de gebruikelijke drie zoenen, de vraag die
me gesteld werd je gezelschap te houden,
de koude uren dat ik aan je zijde heb gestaan
terwijl tientallen mensen ons passeerde, de
vele en de weinige woorden die we hebben
gesproken, de blikken die we hebben gedeeld,
de gedachten die door mijn hoofd vlogen, de
vragen die ik je niet durfde te stellen en de fijne
dingen die je over me zei tegen anderen.

Maar het meest genoten had ik nog van de
volgende morgen. Jou wakker kunnen maken,
thee en ontbijt van je krijgen, lachen om een
saaie film, de bedankjes die je me maakte toen
ik ging met de knuffel als afsluiter.

vrijdag 1 januari 2010

1 januari 2010

Daar lig ik dan alleen. In een groot, vreemd bed. De lakens
herken ik niet, het plafon heeft rare lijnen en de muren
een andere kleur dan ik gewend ben. Toch wil ik
proberen te wennen aan deze ruimte. Ik steek mijn neus
in de kussens, zoek je hele dekbed af naar je geur. Maar
hoe ruik je eigenlijk? Ik weet het niet, zo dicht bij heb ik
nog niet mogen komen. Het me afvragen doe ik wel en
in mijn gedachte weet ik dan ook goed wat je geur is.
Stiekem, in de hoop het toch te weten te kunnen komen,
klim ik uit het enorme bed en sluip op mijn blote voeten
over je vloerbedekking heen. Voor ieder kastje stoppen
ze en neemt mijn neus de zoektocht over.