zaterdag 2 januari 2010

2 januari 2010

Nog terug dekend aan gister zet ik alles
nogmaals op een rijtje. Mijn binnenkomst,
het moment dat ze me terug stuurde voor
de gebruikelijke drie zoenen, de vraag die
me gesteld werd je gezelschap te houden,
de koude uren dat ik aan je zijde heb gestaan
terwijl tientallen mensen ons passeerde, de
vele en de weinige woorden die we hebben
gesproken, de blikken die we hebben gedeeld,
de gedachten die door mijn hoofd vlogen, de
vragen die ik je niet durfde te stellen en de fijne
dingen die je over me zei tegen anderen.

Maar het meest genoten had ik nog van de
volgende morgen. Jou wakker kunnen maken,
thee en ontbijt van je krijgen, lachen om een
saaie film, de bedankjes die je me maakte toen
ik ging met de knuffel als afsluiter.

vrijdag 1 januari 2010

1 januari 2010

Daar lig ik dan alleen. In een groot, vreemd bed. De lakens
herken ik niet, het plafon heeft rare lijnen en de muren
een andere kleur dan ik gewend ben. Toch wil ik
proberen te wennen aan deze ruimte. Ik steek mijn neus
in de kussens, zoek je hele dekbed af naar je geur. Maar
hoe ruik je eigenlijk? Ik weet het niet, zo dicht bij heb ik
nog niet mogen komen. Het me afvragen doe ik wel en
in mijn gedachte weet ik dan ook goed wat je geur is.
Stiekem, in de hoop het toch te weten te kunnen komen,
klim ik uit het enorme bed en sluip op mijn blote voeten
over je vloerbedekking heen. Voor ieder kastje stoppen
ze en neemt mijn neus de zoektocht over.